Permanente Professionalisering voor Professionals, ook zonder PE Punten
Als jouw professionele beroepsgroep geen gestructureerd professionaliseringspad kent, is het risico groot dat je op een punt in je carrière komt waarop je denkt professioneel AF te zijn, dit succes te genieten en na verloop van tijd er achter te komen dat je collega’s en opdrachtgevers tot de conclusie kwamen dat je AF bent en niet meer relevant bent. Hoe kun je dit voorkomen? Een paar ingrediënten: durf van rol te wisselen, werk consequent ook aan persoonlijke ontwikkeling, vergeet niet je vak(literatuur) bij te houden, vermijd te comfortabele situaties en neem te om te reflecteren op wat je aan het leren bent.
Geformatteerde permanente educatie
In beroepsgroepen als de advocatuur, accountancy en medici is sprake van een gedefinieerd pad om een beroep zelfstandig uit te mogen oefenen. Dit wordt doorgaans gevolgd door een gestructureerd proces van permanente educatie aan de hand van PE-punten. Een model dat momenteel voorzichtig wordt gekopieerd voor commissarissen bij banken en woningcorporaties en voor bestuurders, onder andere in de zorg. Het waarom hiervan wordt vaak toegeschreven aan externe toezichthouders in combinatie met het risicoprofiel van het beroep. Maar er is ook een onderliggende bedoeling: voor iedere professional geldt dat het bijhouden van nieuwe vakinhoudelijke ontwikkelingen en het blijven investeren in de lenigheid om je vak te blijven beoefenen. En wie denkt dat hij of zij AF is, die is in het werk dan snel AF.
Niet iedere beroepsgroep heeft een gedefinieerd pad
Maar er zijn ook veel beroepsgroepen waarbij dit pad minder duidelijk is gestructureerd. Denk aan organisatieadviseurs, IT specialisten, ingenieurs, communicatiespecialisten, HRM-ers, etc. Vaak heeft het met de aard van de beroepsgroep te maken dat een gestructureerd pad moeilijk definieerbaar is, omdat bijvoorbeeld de diversiteit groot is en/of er geen eenduidige norm is bepaald. Voor deze groepen ligt her risico op de loer dat te weinig wordt geïnvesteerd in de eigen professionalisering. Dit kan immers altijd morgen ook nog. Dit wordt geen pleidooi voor het invoeren van PE-punten voor deze groepen, maar wel een waarschuwing: wie denkt dat hij of zij professioneel AF is, die is op een gegeven moment AF in het verkrijgen van opdrachten of gewoon leuke werkzaamheden.
Diverse niet verplichtende codes
Uiteraard zijn voor deze beroepsgroepen er ook de nodige codes en professionaliseringstrajecten. Financieel planners hebben bijvoorbeeld het FFP keurmerk, organisatieadviseurs kunnen CMC worden via bureaus of de Orde voor Organisatie adviseurs. Vaak zijn deze codes interessant voor de fijnproevers binnen de eigen beroepsgroep, maar voor opdrachtgevers vrijwel niet relevant. Het is dus makkelijk hier aan te ontsnappen en een eigen pad te kiezen. Waar in de medische wereld een vereniging tegen de kwakzalverij actief is, is dit mede door gebrek aan eenduidige en geverifieerde normen niet mogelijk. Wat dan? Je wilt toch niet AF zijn…
Jezelf opnieuw uitvinden en actuele ontwikkelingen bijhouden
Laat ik het persoonlijk maken. 30 jaar geleden volgde ik mijn eerste opleiding tot organisatie adviseur bij het SIOO en sindsdien beoefen ik dit vak. Vakinhoudelijk was kwaliteitsmanagement mijn specialisme, later door ontwikkeld naar strategie & governance. Hoe hou ik de bijl scherp? Hierbij zijn vier ingrediënten van belang.
- Wisselen van rol: in mijn hart ben ik nog steeds een organisatieadviseur. Maar ik heb de nodige uitstapjes gemaakt. 13 jaar directeur/bestuurder van een adviesbedrijf, vier jaar interim directie/bestuur en verschillende toezichthoudende rollen. Niet allemaal tegelijk, maar volgtijdelijk. Ook experimenten met rollen die mijn minder passen, zoals les/college geven of onderzoek doen hebben mij het nodige gebracht.
- Persoonlijk ontwikkelen: periodiek aandacht voor persoonlijke ontwikkeling, zoals leergroepen in groepsdynamica (IOD), full engagement, een persoonlijk ontwikkeltraject met gebruik van opstellingen en diverse counselingstrajecten met psychologen en zelfs een theoloog.
- Vak bijhouden: ook de inhoud van mijn vak ontwikkelt. Zo veranderen governance codes vanuit wet- en regelgeving. Periodiek hiervoor bijvoorbeeld via de NVTZ bijscholing volgen is van belang. Periodiek een boekhandel binnenlopen helpt overigens ook. Mijn oude hobby op het gebied van kwaliteitsmanagement is van het klassieke INK-model ontwikkeld naar het huidige EFQM-model. Ook op dit model ben ik opnieuw gecertificeerd. Bijkomend voordeel is dat ik nog een andere rol kan vervullen, namelijk die van lead assessor. Een rol die mij tevens dwingt om één keer per jaar een assessment team te leiden en waarderend te beoordelen hoe een organisatie zich ontwikkelt.
- Comfort vermijden: het is makkelijk om steeds hetzelfde trucje te doen in een zelfde en vertrouwde omgeving. Op een gegeven moment heb ik me zelf uitgeroepen tot de afdeling odd-sized-luggage binnen mijn bureau. Als een bepaalde klant niet eenduidig in een pulletje valt, dan is die voor mij. Hoe bijzonderder de organisatie, hoe meer mijn ding. Dat brengt je bij brancheverenigingen, internationale bedrijven, de Voedselbank en veel andere organisaties.
- Bewust ontwikkelen: het is mijn overtuiging dat je pas leert van nieuwe ervaringen, als je de ruimte neemt hierop te reflecteren. Een voor de hand liggende vorm is een intervisiegroep. Minder voor de hand liggend is het schrijven van een roman over de ervaringen als adviseur en bestuurder van een adviesbedrijf. Sinds twee jaar ben ik ook Certified Management Consultant waarbij een open systeem van permanente educatie aan de orde is.
Zoek de route die bij je past
Wat hiervoor is opgeschreven, is mijn route. Daarmee dus geen blauwdruk voor iedereen. Wat wel voor iedereen geldt wat mij betreft, is dat niks doen geen optie is. Een kunstje doen in een bekende omgeving is best lekker. Maar het risico van routinematig (cynisch) werken, met verouderde inzichten (oh, is digital relevant dan?) is te groot. Ik heb voldoende mensen zien uitdoven door deze redenen. En wat is het grootste risico: denken dat je als professional helemaal AF bent en je niet meer hoeft te ontwikkelen. Dan kan het zo maar gebeuren dat je eigen collega’s en je opdrachtgevers constateren dat je AF bent. En dan is het te laat om terug naar AF te gaan en ontvang je doorgaans ook geen € 20.000,- meer.